“Vaccinatie biedt de beste bescherming tegen hepatitis B.”

Wat is hepatitis B?

Hepatitis B is een ontsteking van de lever, veroorzaakt door het hepatitis B-virus (HBV). Het is wereldwijd een van de meest voorkomende infectieziekten en een belangrijke doodsoorzaak. 

De lever – die vitale functies heeft, zoals de afbraak van giftige stoffen en de aanmaak van proteïnen – zal door een chronische ontsteking minder goed werken. 

Het virus kan via bloed en andere lichaamsvochten worden overgedragen. De beste bescherming tegen een hepatitis B-infectie is inenting. Er bestaan sinds 1982 goede vaccins. 

Chronische hepatitis B kan met medicijnen niet worden genezen. Het virus kan echter wel worden onderdrukt, zodat de leverschade beperkt blijft. Chronisch dragerschap moet soms levenslang behandeld worden om te voorkomen dat het virus ernstige schade toebrengt aan de lever.

Enkele feiten …

Voorkomen in België 0,3-0,7% (ongeveer 70.000) is chronisch besmet
jaarlijks 2.000 nieuwe infecties
Incubatietijd 48 dagen tot 6 maanden
Chronisch dragerschap JA
Besmetting via bloed-bloedcontact
seksueel contact
moeder-kind bij de geboorte
gebruik van besmette naalden 
Komt voor in  bloed
sperma, voorvocht
vaginaal vocht
Besmettelijkheid Op kamertemperatuur blijft HBV ook in bloed buiten het lichaam infectieus gedurende tenminste 7 dagen. In een holle naald die op kamertemperatuur bewaard werd, werd binnen 8 maanden geen afname in virusconcentratie waargenomen!
GEEN overdracht via  een intacte huid
normaal sociaal contact
handen geven en knuffelen
Risicogroepen dialysepatiënten
familie en verzorgers van besmette patiënten
personen die drugs gebruiken of gebruikt hebben – intraveneus of snuiven
hetero- en homoseksueel actieven met meerdere partners
Preventie vaccinatie
bloed-bloedcontact vermijden
veilig vrijen (met condoom)
spatten met bloed of lichaamsvochten op de slijmvliezen vermijden
tandenborstel en scheergerei niet delen
Vaccin JA
Kans op cirrose JA
Kans op leverkanker JA
Behandeling JA

Hoe wordt het B-virus overgedragen?

De besmetting kan op verschillende manieren gebeuren:

Van moeder op baby

Doorgaans wordt het virus van moeder op kind doorgegeven tijdens de geboorte en niet wanneer het kind nog in de baarmoeder zit. 

Tijdens de geboorte is de kans immers groot dat de baby in contact komt met het bloed van de moeder. Wereldwijd werden de meeste gevallen van hepatitis B op deze manier doorgegeven.

Bij onbeschermde seks

Wanneer je seks hebt zonder condoom (inclusief voorspel en orale seks) loop je een groot risico om je partner te besmetten. In de Benelux zijn bij jongvolwassenen onveilige seksuele relaties een belangrijke oorzaak van hepatitis B-besmetting.

Bij het delen van drugshulpmiddelen

Wanneer je drugs injecteert of snuift en hulpmiddelen zoals naalden of buisjes deelt. 

Niet-steriele instrumenten

Ook het gebruik van niet-steriele instrumenten bij het aanbrengen van een tattoo of piercing kan een risico betekenen. Zelfs acupunctuur houdt een klein risico in.

Via bloedtransfusie (of toediening van bloedproducten, bv. stollingsfactor)

In België (en de meeste andere landen) houdt dit nog maar weinig risico in, omdat alle bloeddonoren op hepatitis B worden getest. 

Wanneer je een bloedtransfusie ontving voordat deze procedure werd geïntroduceerd, of wanneer je een land bezoekt waar bloeddonaties niet worden getest, is er gevaar voor besmetting.

Prikongevallen

Ook personeel in ziekenhuizen en laboratoria dat met geïnfecteerd bloed in aanraking komt, kan besmet raken.

Bij het delen van persoonlijke voorwerpen

De belangrijkste besmettingsbron is bloedcontact, wanneer besmet bloed in (micro)wondjes, slijmvliezen of ogen terechtkomt. Microwondjes kunnen het gevolg zijn van scheren, beten (insecten en mensen), krabletsels. 

Het virus kan lang overleven in kleine hoeveelheden bloed of andere lichaamsvochten. Daarom moet je erop letten dat je mogelijk besmette tandenborstels, scheermesjes of andere persoonlijke voorwerpen niet met anderen deelt. 

Dit is vooral belangrijk voor jonge kinderen en personen die met dragers samenleven, bv. in instellingen voor mentaal gehandicapten en in gezinnen waar kinderen uit hoog besmette gebieden geadopteerd worden.

Via operaties in risicogebieden

Er is vooral besmettingsgevaar waar men niet voldoende aandacht schenkt aan de sterilisatie van het materiaal.

Via welke lichaamsvochten kan de infectie worden doorgegeven?

Hepatitis B staat bekend als een door bloed overgedragen virus. Dit betekent dat het bloed van een besmet persoon de meeste virusdeeltjes bevat, en dat men door contact met besmet bloed de grootste kans loopt om zelf besmet te raken.

Maar het hepatitis B-virus kan ook aanwezig zijn in andere lichaamsvochten, zoals sperma, vaginaal vocht en speeksel, vooral wanneer deze vochten in aanraking zijn gekomen met zelfs maar het kleinste beetje besmet bloed.

Er zijn in beperkte mate sporen van het virus teruggevonden in zweet, tranen, moedermelk en urine, maar deze lichaamsvochten worden niet als besmettelijk beschouwd.

De kans op besmetting is echter afhankelijk van verschillende factoren, onder andere van de virale belasting (de hoeveelheid virus in het lichaam).

Hoe kan je hepatitis B voorkomen?

Je kan verschillende voorzorgen nemen om hepatitis B te voorkomen.

Vaccinatie

Vaccinatie biedt de beste bescherming tegen hepatitis B. Ze wordt universeel aangeraden. Minstens 85-90% van de met hepatitis B geassocieerde overlijdens hadden door het vaccin kunnen voorkomen worden.

Verkleining van de kans op blootstelling

Je kan het risico dat je hepatitis B ontwikkelt verminderen door situaties te vermijden waarin je in contact komt met bloed of ander lichaamsvocht van iemand die geïnfecteerd is. Ook als je hepatitis B hebt, kan je het risico voor je omgeving verminderen door een aantal maatregelen, bijvoorbeeld:  

  • iemand met hepatitis B moet altijd snijwonden, schrammen of wonden schoonmaken en bedekken met een waterdichte pleister,
  • alle bloedvlekken, bijvoorbeeld na een ongeluk in de keuken, moeten onmiddellijk worden weggewerkt met een onverdund bleekmiddel, 
  • tandenborstels, scheermesjes, scharen of andere voorwerpen die met lichaamsvocht besmet kunnen raken, mogen nooit gedeeld worden met iemand die hepatitis B heeft, 
  • mensen die medicijnen inspuiten moeten steriele naalden gebruiken en mogen nooit materiaal delen, 
  • altijd veilig vrijen met een condoom,
  • iedereen die werkt met bloed of lichaamsvocht (dokters en ander medisch personeel) moet de juiste procedures volgen, zoals beschermende handschoenen dragen en veilig omgaan met scherpe voorwerpen.

Behandeling met immunoglobuline

Als iemand die nog niet geïnfecteerd of gevaccineerd is, blootgesteld wordt aan hepatitis B, kan die beschermd worden met een injectie van hepatitis B-immunoglobuline. Dit is een antistof tegen het virus die binnen de 48 uur na blootstelling moet worden toegediend en moet overwogen worden tot een week na de blootstelling. 

De bescherming die immunoglobuline biedt, is echter slechts tijdelijk en het is aanbevolen dat tegelijk een vaccin wordt toegediend om op lange termijn te beschermen. 

Pasgeboren kinderen van moeders die het hepatitis B-virus dragen, kunnen meteen na de geboorte een injectie met immunoglobuline krijgen om te voorkomen dat ze door de moeder besmet worden. De baby zal tegelijk ook gevaccineerd worden. Hiermee wordt bescherming opgebouwd, maar de vaccinatiekuur moet wel verdergezet worden met nog twee doses (op de leeftijd van 1 maand en 2 maanden) en een herhalingsvaccinatie als het kind 1 jaar is.

Hoe voorkom je dat je anderen besmet?

Risico op besmetting Zo kan je anderen beschermen
seks Gebruik steeds een condoom, ook tijdens orale seks.
bloed Doneer geen bloed, sperma of organen.
Spoel elke open wond, hoe klein ook, en dek af met een waterbestendige pleister
Verwijder bloed van de vloer of van werkoppervlakken met onverdund bleekmiddel
Vertel gezondheidswerkers dat je hepatitis B hebt, zodat zij voorzorgsmaatregelen kunnen nemen om zichzelf te beschermen.
drugs Deel geen naalden of hulpmiddelen
Gebruik steeds een steriele naald
Gebruik ontsmettingsmiddel om je hulpmiddelen schoon te houden
persoonlijke voorwerpen Deel geen scheermesjes, tandenborstels of andere persoonlijke voorwerpen
Bewaar je persoonlijke voorwerpen gescheiden van de bezittingen van anderen
Veeg badkameroppervlakken regelmatig af met bleekmiddel
moeder-kind Als je zwanger bent, meld je dokter dan dat je hepatitis B hebt.
kussen Kus liever niemand op de mond wanneer je lippen en/of tandvlees bloeden
lakens, handdoeken, enz. Als de kans bestaat dat er bloed of andere lichaamsvochten op je lakens, handdoeken of kleren zitten, was ze dan in heet water met wasmiddel voor je ze laat gebruiken of aanraken door anderen.
handen schudden, handen vasthouden, knuffelen Er is geen besmetting mogelijk.

Hoe wordt een besmetting vastgesteld?

Een positieve test betekent echter niet dat de lever is aangetast. Dat moet worden vastgesteld aan de hand van bijkomende onderzoeken.

Enkel een bloedtest kan bevestigen of je hepatitis B hebt, ook als je geen symptomen vertoont. Maar ook mét symptomen is een test noodzakelijk, want ook andere aandoeningen kunnen gelijkaardige symptomen veroorzaken. 

Daarin kan de arts verschillende parameters bepalen (zie hieronder) om te kijken of

  • je ooit in contact bent geweest met het hepatitis B-virus,
  • je een gezonde drager bent,
  • je gevaccineerd bent,
  • het effect van de vaccinatie nog voldoende werkzaam is,
  • je genezen bent,
  • je al dan niet besmettelijk bent voor je partner,
  • je chronisch drager bent.
Test Beschrijving Gebruik
HBsAg Een proteïne dat aanwezig is aan de oppervlakte van het virus. Het wordt teruggevonden in het bloed bij zowel acute als chronische HBV-infecties. Vaak gebruikt om mensen te screenen op hepatitis B.
Eerste indicator van acute HBV (kan besmette patiënten identificeren voordat de symptomen verschijnen).
anti-HBs Antilichamen die aangemaakt worden als reactie op het HBV oppervlakte-antigeen. De niveaus in het bloed stijgen tijdens de herstelperiode. Tonen eerdere blootstelling aan HBV of succesvolle vaccinatie.
Als een persoon dit antilichaam heeft, is hij immuun geworden (hij kan de infectie niet opnieuw krijgen, tenzij zijn/haar immuunsysteem wordt onderdrukt).
HBV DNA Spoort het genetische, virale hepatitis B-materiaal op, d.w.z. dat het de virale belasting meet. Aanwezigheid van het hepatitis B virus.
HBcAb IgM Spoort IgM-antilichamen op van het hepatitis B-core- antigeen. Toont zowel een acute infectie met HBV als een reactivering van chronische HBV aan.
HBcAb IgG Spoort IgG-antilichamen op van het hepatitis B-core-antigeen Toont eerdere infecties met HBV in eender welke fase aan, die wel of niet blijvend kunnen zijn.

 
In speciale gevallen kunnen de resultaten voor HBsAg negatief zijn hoewel je toch drager van het virus bent, dit wordt occulte hepatitis B genoemd. Andere tests zullen deze situatie dan ophelderen.

Om je precieze toestand te begrijpen en om uit te maken of je immuun bent na een besmetting in het verleden of om te achterhalen of je acute of chronische hepatitis B hebt, heb je de resultaten van verschillende bloedtesten nodig, waaronder testen voor het hepatitis B-oppervlakte-antigeen (HBsAg), en antistoffen tegen het core-antigeen (anti-HBc) en het oppervlakte-antigeen (anti-HBs). 

Wie moet zich zeker laten testen?

  • baby’s van geïnfecteerde moeders met een actieve infectie 
  • partners, naaste familie en vrienden van besmette personen, 
  • patiënten die bloedproducten of lichaamsvocht van een besmette persoon toegediend kregen, 
  • reizigers uit deze landen met een matige tot hoge besmettingsgraad, 
  • mensen die werden verzorgd in risicolanden,
  • mensen die een tatoeage of een piercing hebben laten aanbrengen, mesotherapie of acupunctuur hebben ondergaan waarbij geen wegwerp- of persoonlijke naalden werden gebruikt,
  • mensen die positief zijn voor HIV of hepatitis C (HCV),
  • mensen die intraveneus drugs hebben gebruikt of drugs hebben gesnoven, ook al is het maar één keer in hun leven en zelfs al is dat lang geleden,
  • sekswerk(st)ers,
  • mensen met veel wisselende seksuele contacten (drie of meer in de afgelopen zes maanden),
  • mensen die in de prostitutie werken en hun klanten,
  • mensen die in de gevangenis zitten of hebben gezeten,
  • families met adoptiekinderen uit landen met een matige tot hoge besmettingsgraad. 

Het gaat in deze lijst alleen om een inschatting van de kans op besmetting met hepatitis B. Hoor jij of je partner bij een van deze risicogroepen? Dan heb je een verhoogde kans om besmet te zijn met hepatitis B en laat je je best testen.

Wat is het verschil tussen acute en chronische hepatitis B?

Acute infectie

De meeste volwassenen die hepatitis B krijgen, ontwikkelen een acute infectie en genezen snel. Dit betekent dat je je gedurende enkele weken of maanden ziek kan voelen, maar het kan ook dat je er niets van merkt. Daarna ben je verlost van het virus. 

Je kan het hepatitis B-virus niet opnieuw krijgen en ook niet meer overdragen. 

Chronische infectie

We spreken van een chronische infectie als ze meer dan zes maanden aanhoudt. Mogelijk blijft het hardnekkige virus de rest van je leven. 

Als je een chronische infectie hebt, kan het zijn dat je geen symptomen ervaart, maar het virus zal voor een lange tijd in je bloed blijven en je kan het al die tijd overdragen op anderen. 

Ongeveer 25% van de personen met een chronische infectie zal langzaamaan een ernstige leverziekte ontwikkelen als de hepatitis B niet behandeld wordt. 

Hoe jonger je besmet wordt, hoe meer kans je hebt om een chronische infectie te ontwikkelen. Ongeveer 90% van de baby’s die besmet werden voor ze 12 maanden waren, en ongeveer 10% van de volwassenen besmet met hepatitis B, zullen uiteindelijk een chronische infectie ontwikkelen.

Wat zijn de symptomen van een hepatitis B infectie?

Wat zijn de symptomen van acute hepatitis B?

Velen ondervinden nooit symptomen en weten dus niet dat ze besmet zijn. 

Een klein aantal mensen met acute hepatitis B worden ernstig ziek (fulminante hepatitis) en moeten in het ziekenhuis opgenomen worden. 

Symptomen die kunnen wijzen op een ernstige ziekte zijn

  • vermoeidheid, 
  • (buik)pijn, 
  • koorts, 
  • verlies van eetlust, 
  • weerzin tegen sigaretten of alcohol,
  • misselijkheid en braken,
  • diarree,
  • geelzucht. 

Wat zijn de symptomen van chronische hepatitis B?

Je lever is een sterk orgaan en kan ook goed functioneren als al delen van de lever aangetast zijn. De meeste mensen vertonen daarom geen symptomen van een chronische hepatitis B. Het virus blijft echter wel in de lever zitten en kan daar wel schade aanrichten, wat uiteindelijk wel tot symptomen kan leiden. 

Enkele mogelijke symptomen zijn 

  • vermoeidheid en zwakheid,
  • algemeen gevoel van onbehagen,
  • verlies van eetlust,
  • misselijkheid en braken,
  • gewichtsverlies,
  • pijn of last in het gebied waar de lever ligt,
  • jeuk,
  • vlekkerige rode handpalmen,
  • dunne bloedvaten die zichtbaar zijn op de huid en op spinnenpoten lijken (gekend als spider naevus, naevus araneus of spinnenkop),
  • donkere urine en/of lichtgrijze stoelgang,
  • verlies van libido,
  • verstoord slaappatroon.

Sommige symptomen kunnen een teken zijn van een ernstig probleem. Als je één van de onderstaande symptomen opmerkt, moet je onmiddellijk een arts raadplegen:

  • geelzucht (huid en ogen worden geel), 
  • gezwollen onderbuik (buikwaterzucht),
  • zwelling van de enkels, benen of voeten (gekend als perifeer oedeem),
  • koorts met hoge temperatuur en rillingen,
  • bloedbraken,
  • donkere, zwarte, teerachtige stoelgang, 
  • kortademigheid,
  • mentale verwardheid of slaperigheid (encefalopathie).

Wat zijn de gevolgen van een besmetting met hepatitis B?

Een acute hepatitis B infectie heeft vaak geen gevolgen: je kan eventueel wat aspecifieke symptomen zoals vermoeidheid vertonen, maar dit is op te lossen met voldoende rust. Specifieke antivirale behandeling is niet nodig. Wel is het belangrijk te beseffen dat je besmettelijk bent voor anderen; je kan het virus doorgeven via de bovenvermelde besmettingsroutes. 

Een klein percentage van de patiënten met acute hepatitis B zal acuut leverfalen ontwikkelen. Dit is een ernstige aandoening die intensieve zorgen vereist. Een levertransplantatie is soms nodig om je leven te redden. 

In het geval van een chronische hepatitis B infectie kan verlittekening van de lever ontstaan, wat kan leiden tot een levercirrose met een verhoogd risico op de ontwikkeling van leverkanker. Een behandeling tegen het hepatitis B Virus is soms aangewezen om deze leverschade te beperken. Of je behandelt dient te worden, hangt af van de activiteit van het virus in je lever. Belangrijk is wel dat je besmettelijk bent tijdens een chronische hepatitis B infectie. Je dient dan ook de nodige voorzorgsmaatregelen te nemen.

Hoe tast hepatitis B de lever aan?

Het hepatitis B-virus plant zich voort in de levercellen, maar de directe oorzaak van leverschade is niet het virus zelf. Dat is eerder de reactie die het immuunsysteem uitlokt wanneer het het virus probeert uit te schakelen en het herstelt van de infectie. Door deze reactie ontsteekt de lever, waardoor de levercellen ernstig beschadigd kunnen worden. Beschadigde levercellen werken niet meer naar behoren en kunnen afsterven. Hierdoor kan littekenvorming in de lever ontstaan, ook wel leverfibrose genoemd. 

Na verloop van tijd kan deze fibrose leiden tot cirrose van de lever. In de plaats van het zachte leverweefsel ontstaan onregelmatige knobbeltjes (nodules) en de lever wordt harder. Het effect hiervan, samen met de aanhoudende littekenweefselvorming (fibrose), is dat de lever een tekort aan gezonde cellen krijgt om de normale functies te ondersteunen. Dit kan leiden tot compleet leverfalen, wat (zonder een levertransplantatie) fataal kan zijn. 

Mensen met een chronische hepatitis B-infectie lopen ook een groter risico om leverkanker te krijgen (hepatocellulair carcinoom of HCC). Leverkanker kan voorkomen met of zonder voorafgaande levercirrose. 

Er bestaan behandelingen die kunnen helpen voorkomen dat het virus groeit en ernstige leverschade veroorzaakt. 

Hoe wordt hepatitis B behandeld?

Hoe wordt een acute hepatitis B infectie behandeld?

Specifieke antivirale behandeling is niet nodig. Wel is het belangrijk te beseffen dat je besmettelijk bent voor anderen; je kan het virus doorgeven via de bovenvermelde besmettingsroutes. 

Heel af en toe kan een acute hepatitis B-infectie leiden tot een snel uitbreidende hepatitis, wat een levensbedreigend falen van de lever inhoudt. Mensen die zo’n fulminante hepatitis ontwikkelen, moeten medische zorg in een gespecialiseerd ziekenhuis krijgen en zullen misschien zelfs een levertransplantatie nodig hebben. 

Hoe wordt een chronische hepatitis B infectie behandeld?

Afhankelijk van de activiteit van het Hepatitis B virus in je lichaam, zal je een behandeling nodig hebben als je een chronische hepatitis B infectie ontwikkelt. Bij de meerderheid van de patiënten met chronische hepatitis B blijft het virus evenwel rustig en is behandeling niet nodig.

Als je gediagnosticeerd wordt met een chronische hepatitis B maar je arts een behandeling niet nodig acht, is het wel belangrijk dat je regelmatig op controle gaat. Het virus kan immers op elk moment in de tijd wel terug actief worden, wat dan wel behandeling vereist. 

De behandeling voor hepatitis B bestaat uit pilletjes waarvan je er vaak levenslang 1 per dag zal moeten nemen. 

Medicijnen verminderen het aantal virusdeeltjes in het lichaam kunnen de evolutie naar cirrose vertragen of stopzetten. 

Waarom word je geen behandeling aangeboden? 

De meest aannemelijke reden dat je geen behandeling wordt aangeboden, is dat ze je geen voordeel oplevert. 

Het kan zijn dat de virale lading (de activiteit van het virus) in je lichaam laag is, of dat er geen spoor is van leverontsteking. 

Bestaat er een totale remedie voor hepatitis B?

Er bestaat geen totale remedie voor hepatitis B. De meeste geïnfecteerden blijven genetisch virusmateriaal (viraal DNA) in de kern van hun levercellen meedragen en zullen er dus nooit helemaal van verlost raken.

Meestal kunnen antivirale behandelingen het virusgehalte redelijk laag houden (idealiter onder de laagst mogelijke detectielimiet). Als het virus teruggedrongen wordt tot een heel laag niveau, zullen leverfunctietesten (leverenzymtesten als ALAT) normaliseren, zal de conditie van de lever verbeteren en het risico op complicaties verminderen. 

Soms wordt het virus in het bloed ondetecteerbaar. De patiënt zal dan negatief testen op het oppervlakte-antigen van hepatitis B (HBsAg-negatief). Hoewel hij/zij zich meestal wel goed voelt, blijft het risico op complicaties groter dan bij mensen die nooit besmet waren, waarschijnlijk omdat het viraal DNA nog steeds verborgen zit in de levercellen. 

Waarom moet je behandeld worden als je je niet ziek voelt? 

Soms kan het zijn dat je behandeld moet worden zonder dat je je ziek voelt. Dit zal nodig zijn als je behandelend arts merkt dat het virus ondanks het feit dat je geen symptomen hebt, toch zeker actief is en mogelijks schade kan toebrengen. 

De behandeling is levensbelangrijk omdat ze ervoor zorgt dat je lever niet verder beschadigd raakt. Zonder de behandeling loop je gevaar dat je levercirrose of leverkanker ontwikkelt. 

Wat zijn de risico’s als je niet behandeld wordt? 

Als je arts oordeelt dat je een behandeling nodig hebt, maar deze weigert, loop je een hoog risico dat je ernstige gezondheidsproblemen krijgt. Zonder behandeling zal ongeveer een derde van de mensen met chronische hepatitis B een leverziekte ontwikkelen (zoals levercirrose of leverkanker) die levensbedreigend kan zijn. Naar schatting overlijden 15 à 25% van de mensen met chronische hepatitis B als gevolg van een leveraandoening indien ze niet behandeld worden. 

Hoelang moet je de behandeling ondergaan?

Een van de grootste uitdagingen is dat je mogelijk voor een lange periode moet doorgaan met het nemen van antivirale medicijnen, vaak voor de rest van je leven. 

Het is belangrijk te erkennen dat antivirale medicijnen een basisonderdeel zijn van je dagelijkse routine en dat je een manier moet vinden die je helpt ze routinematig in te nemen. 

Helpt de behandeling?

Heel wat studies bewijzen dat de behandeling voor chronische hepatitis B de virale niveaus in veel gevallen tot het ondetecteerbare terugdringt. De kans op leverbeschadiging of complicaties zoals levercirrose of leverkanker vermindert hierdoor. De behandeling kan ook het risico op overdracht naar de partner en de naaste familie verkleinen. 

Waarom worden chronische hepatitis B-patiënten regelmatig opgevolgd?

Om de fase van hepatitis B te bepalen. 

Het natuurlijke verloop van hepatitis B is dynamisch, dit betekent dat de infectie kan veranderen van een inactieve naar een actieve fase. Hiervoor zijn bloedtesten noodzakelijk

Om de effectiviteit van de therapie te evalueren.

Je ondergaat testen die bepalen hoeveel van het virus je in je bloed hebt, hoe je lever werkt en hoe goed je lichaam tegen het virus vecht.

Om eventuele nadelige veranderingen te detecteren.

Geregelde onderzoeken zorgen ervoor dat dokters zien of er veranderingen zijn in de functies van de lever of van de niveaus van het virus in het bloed. Dit helpt hen om te beslissen of een behandeling moet opgestart worden en wat het beste verloop van de therapie zou kunnen zijn. 

Hoe vaak je op onderzoek moet gaan hangt af van individuele factoren, zoals de duur van de infectie, de ernst van de leveraantasting, je algemene gezondheidstoestand, je familiale medische voorgeschiedenis, je leeftijd en specifieke ziektesymptomen.

Waarom moet je opgevolgd worden als je ziekte inactief is?

Een chronische HBV-infectie is een goed gedefinieerde ziekte die kan worden onderverdeeld in 4 stadia: 

  • de immuun tolerante fase 
  • de immuun actieve fase 
  • het inactieve dragerschap
  • een HBeAg negatieve chronische hepatitis fase

In de vroege immuun tolerante fase hebben patiënten een hoge virale belasting (meestal >109 IU/ml) en een normaal niveau van het leverenzym ALAT. Deze immuun tolerante fase kan tussen de 10 en 30 jaar duren en er is maar een kleine kans op het verliezen van het HBeAg.

Tijdens de actieve immuun klaringsfase probeert het immuunsysteem het virus te klaren en de virale belasting (HBV-DNA) daalt of schommelt. Leverenzymen (de ALAT-niveaus) kunnen stijgen omdat het immuunsysteem vecht tegen het virus, wat zorgt voor leverschade. Tijdens deze fase is de kans dat de patiënt het HBeAg verliest groter. 

Deze eerste twee fases worden de CHB eAg-positieve ziekte genoemd. 

Als het hepatitis B type E-antigeen is geklaard (en de virale belasting daalt), bevindt de patiënt zich in de inactieve fase en het ALAT-niveau wordt weer normaal. Naast het verlies van het HBeAg treedt tegelijk de vorming van anti-HBe op.

De inactieve fase is een dynamische fase en de patiënt kan in een actieve staat van de ziekte terechtkomen (de HBeAg negatieve chronische hepatitis fase) als na enige tijd de virale belasting toeneemt en hoge niveaus van ALAT terugkeren. Deze twee fases worden de CHB eAg-negatieve ziekte genoemd.

Of je behandeld wordt of niet, verdere opvolging (om de 3 à 6 maanden) is essentieel, en dit voor de rest van je leven.

Je dokter zal je ziektestatus regelmatig willen controleren om te na te gaan of de ziekte actief is of niet. 

Op het moment dat je gediagnosticeerd wordt met hepatitis B kan het zijn dat je je in eender welke fase bevindt. Je doorloopt in principe alle fases, maar gezien Hepatitis B vaak geen symptomen geeft, kan het zijn dat je ziekte pas gevonden wordt als je al in de HBeAg negatieve fase zit.

Blijf je voor de rest van je leven besmet?

Als je als volwassene besmet wordt met hepatitis B, is het meer dan waarschijnlijk dat je de acute vorm van de ziekte krijgt en dat je herstelt. Als je van hepatitis B bent hersteld, heeft je lichaam antistoffen tegen de ziekte aangemaakt en kan je niet meer besmet raken.

Sommige volwassenen en de meeste jonge kinderen die besmet zijn met hepatitis B, zullen een chronische of langdurige besmetting ontwikkelen. Als je een chronische besmetting hebt, heb je het virus waarschijnlijk voor de rest van je leven. Een goede behandeling kan de ziekte wel onder controle houden. Slechts een klein aantal mensen herstellen volledig van chronische hepatitis B.

Hoe kan hepatitis B je sociaal leven beïnvloeden?

Een langdurige aandoening kan je relatie met familie en vrienden belasten. Op bepaalde momenten word je misschien in beslag genomen door zorgen die je niet wil delen. In bepaalde periodes voel je je niet helemaal lekker en moet je het rustig aan doen. Soms heb je wat extra steun van de mensen rondom je nodig of wil je meer ruimte voor jezelf. Je maakt je misschien zorgen over de effecten die dit op je partner of kinderen heeft, over de verstoring van je carrière of simpelweg over hoe je het zal redden als het niet goed gaat.

Sommige mensen kunnen hun diagnose redelijk snel accepteren, stellen zich eropin met hepatitis B te moeten leven en gaan door. Anderen zijn totaal van de kaart en voelen zich bedrogen in hun verwachtingen. In deze situatie kan je behoefte hebben aan opheldering en kunnen gesprekken met een vertrouwenspersoon enorm helpen. Zoek naar mensen in je omgeving die je kunnen ondersteunen, dat hoeft niet per se familie of een goede vriend(in) te zijn. Vraag je arts om professionele hulp als je daar behoefte aan hebt. Onderneem concrete stappen. Lang blijven stilstaan bij het hoe en waarom verandert niets aan de situatie.

“Dokter, wat is mijn toekomst?”

Om complicaties te vermijden is goed medisch toezicht een noodzaak. Behalve de courante analyses voor de follow-up van hepatitis B moeten om de drie tot zes maanden een echografie van de lever en een dosering van de alfa-foetoproteïnen uitgevoerd worden. Ze laten toe om de eerste tekenen van kanker op te sporen. Soms kan een MRI de echografie vervolledigen. Een gastroscopie die om de 2 à 3 jaar wordt uitgevoerd, laat toe om mogelijke maag- en slokdarmspataders op te sporen. Dit laatste is enkel nodig als je levercirrose heeft.

Wie moet je informeren als je chronische hepatitis B hebt?

Het is ook raadzaam jezelf zo ruim mogelijk te informeren voor je anderen erover vertelt. Je dokter zal je helpen om erachter te komen hoe je precies besmet bent geraakt, of je anderen kunt besmetten en welke behandeling je nodig hebt.

Of je je omgeving wel of niet over je ziekte informeert is je eigen keus, maar het is raadzaam om dit wel te doen. Je ‘contactpersonen’ zouden zich bijvoorbeeld door een inenting tegen het virus kunnen beschermen.

Je partner en familieleden?

Ja, want het is belangrijk dat zij zich laten testen en dat zij – indien nodig – worden gevaccineerd. Tot zij zich hebben laten testen, neem je best maatregelen om hen tegen het virus te beschermen. (zie ‘Hoe wordt hepatitis B doorgegeven?’ en ‘Hoe voorkom je dat je anderen besmet?’)

Je partner en familie kunnen ook een grote steun voor je zijn. Zij zullen zich natuurlijk bezorgd en angstig voelen, dus het is misschien een goed idee om hen deze informatie te tonen om al hun vragen te helpen beantwoorden.

Je sekspartner(s)? 

Als je niet weet of je partner werd gevaccineerd tegen hepatitis B en je hebt onbeschermde seks met hem/haar, informeer hem/haar dan. Hij/zij zal zich moeten laten testen en indien nodig laten vaccineren. Je kan ‘Hoe voorkom je dat je anderen besmet?’ punt voor punt bekijken: denk je dat hij/zij al werd blootgesteld aan risico’s? Als je bijvoorbeeld een tandenborstel hebt gedeeld, is het aangeraden dat hij/zij zich laat testen.

Als je zeker weet dat je partner nog geen risico heeft gelopen, pas dan alle genoemde voorzorgsmaatregelen toe. Zo creëer je ook meer tijd om te beslissen of je het hun wil vertellen of niet.

Bovendien: als je weet dat je besmet bent met hepatitis B en dit niet aan je partner vertelt, en vervolgens het virus aan hem/haar doorgeeft, wordt dit (in de meeste landen) gezien als een strafbaar feit, en kan je dus strafrechtelijk vervolgd worden.

Je dokter/tandarts/verpleegster?

Tandartsen en dokters zijn wettelijk verplicht je te behandelen.

Als je een medische behandeling ondergaat of de tandarts bezoekt, is het belangrijk dat je de arts inlicht. De meeste zorgverleners zijn ingeënt tegen hepatitis B, maar dit is niet altijd het geval. Zij zullen bijkomende voorzorgsmaatregelen moeten nemen om te vermijden dat zijzelf en de patiënten die na je worden behandeld niet aan besmetting worden blootgesteld.

Je manicure of pedicure?

Manicures en pedicures zijn wettelijk verplicht je te behandelen.

Als je manicure of pedicure het risico loopt in contact te komen met je bloed, dan moet je hem/haar op de hoogte brengen, zodat hij/zij bijkomende voorzorgsmaatregelen kan nemen. Je kan ook je eigen manicure- of pedicuremateriaal kopen en meenemen naar je afspraak.

Je werkgever?

Je bent niet verplicht je werkgever in te lichten, ook niet bij een sollicitatiegesprek. Het is een ander verhaal als je door je ziekte je beroep niet meer (volledig) kan uitoefenen of anderen tijdens je werkzaamheden kan besmetten.

Een patiënt met levercirrose kan minder alert zijn. Als daardoor een risico ontstaat voor anderen (bij beroepen zoals verkeersleider, piloot, bus- of treinbestuurder, enz.) mag je je werkgever deze informatie niet onthouden. 

Bij beroepen met een verhoogd risico op ongevallen en wondjes (slager, chirurg, verpleger, enz.) moet je je werkgever op de hoogte brengen van je gezondheidsstatus, inclusief hepatitis B-infectie.

De school van je kind?

In België wordt het hepatitis B-vaccin aanbevolen voor alle zuigelingen. Kinderen die het vaccin niet ontvingen als zuigeling, krijgen het op de leeftijd van 10-13 jaar. Het wordt voor die twee leeftijdsgroepen gratis ter beschikking gesteld aan de vaccinatoren. Voor jongeren (tussen 15 en 18 jaar) geldt eenzelfde vaccinatieschema met vaccins geschikt voor volwassenen. Ook die vaccins worden gratis ter beschikking gesteld. Dit vermindert alvast het risico voor andere leerlingen. Het personeel en de leerlingen die niet werden ingeënt, kunnen echter wel risico lopen.

Als je beslist om de school op de hoogte te brengen, kan je misschien:

  • de school een brief van de dokter geven, waarin wordt vermeld dat hij/zij gezond is en geen risico vormt voor andere studenten als de passende voorzorgsmaatregelen worden gehandhaafd.
  • informatie meenemen om de feiten over hepatitis B kracht bij te zetten. Je kan eraan herinneren dat hepatitis B wordt verspreid via blootstelling aan bloed en het virus dus niet terloops wordt overgedragen.
  • benadrukken hoe belangrijk discretie en algemene voorzorgsmaatregelen zijn om je kind voor sociale discriminatie te beschermen.
  • overwegen om te zeggen: “Behandel mijn kind zoals je elk ander kind behandelt: met zorg. Je weet welk risico mijn kind vormt, maar je kent het risico niet dat andere kinderen met zich meebrengen.”

 

Meer informatie over vaccinaties:
Vlaams Agentschap Zorg & Gezondheid van de Vlaamse overheid Hepatitis-B—vaccinatie

Bron: De inhoud is gebaseerd op de informatie van het interactief programma Path B dat door Bristol-Myers Squibb werd ontwikkeld. Zie http://www.hepatitisinfo.org/managing-living/path-b/

Raadpleeg steeds je arts voor volledige informatie.

© VHC Pagina update december 2022